In veel steden van het Romeinse Rijk was tot een derde van de mannelijke bevolking lid van een zogenaamd collegium. In zijn lezing gaat Koen Verboven in op wat collegia van met name handelaars en ambachtslieden deden. Kan je zo’n privévereniging vergelijken met middeleeuwse gilden?
Beroepsverenigingen – onder meer van bouwondernemers, textielproducenten, (binnen)schippers en bakkers – werden steunpilaren van het stadsleven. Ze leverden diensten aan steden en keizerlijke administraties, in ruil voor privileges. Gaandeweg werden sommige collegia, zoals die van zee- en binnenschippers of groothandelaars, ook ingeschakeld in de voedselvoorziening van de hoofdstad Rome. Dat leidde tot toenemende regulering en controle. In de late oudheid werd het lidmaatschap van sommige collegia zelfs verplicht en erfelijk.
Koen Verboven is hoogleraar Oude Geschiedenis aan de Universiteit Gent. Hij is gespecialiseerd in de sociale en economische geschiedenis van de klassieke oudheid, met een bijzondere interesse in monetaire geschiedenis en numismatiek, vriendschap en patronage, beroepsverenigingen (collegia) en de toepassing van economische theorieën in historisch onderzoek.
Type
Lezing
Spreker
Prof. dr. Koenraad Verboven
Universiteit Gent
Wanneer
Woensdag 22 april 2026
Tijdstip
Om 19.30 u.
Waar
In het auditorium van het Gallo-Romeins Museum en online
Inschrijven
Volg de lezing in het museum of online. Voor online deelname is vooraf inschrijven verplicht. Schrijf je in.
Prijs
3 euro
Leden van KLGOG: gratis
Contact
Igor Van den Vonder
Afdelingshoofd Collectie
+ 32 12 67 03 64
igor.vandenvonder@galloromeinsmuseum.be